Bij Blyde zijn we dagelijks bezig met onze missie: “creating a positive footprint worldwide”. We zijn van mening dat ‘succes’ moet worden geherdefinieerd in het bedrijfsleven. Maatschappelijke waarde als graadmeter van succes zou de norm moeten zijn, in plaats van enkel de financiële resultaten centraal stellen. Het B Corp certificaat dat wij twee weken geleden mochten krijgen onderschrijft dit gedachtengoed. B Corp is een onafhankelijk internationaal keurmerk voor bedrijven die naast winst ook mens, milieu en maatschappij centraal stellen. In het verlengde van deze focus bezochten wij zodoende afgelopen maand met het team van Blyde, de NRC Impact Day. Een dag waarop we door experts op het gebied van duurzaam ondernemen werden meegenomen en met elkaar in gesprek gingen over de grote vraag; “Hoe kun je succesvol, maatschappelijk, sociaal en duurzaam ondernemen als dat niet de core business van je bedrijf is?”

Waar staan we nu?

Sinds 2018 moeten de grootste bedrijven in Nederland verplicht openheid geven over milieu- en maatschappelijk beleid, zo heeft de Europese Raad bepaald. De focus in het debat verschuift van negatieve impact reduceren naar positieve impact maken. Daarmee wordt ondernemen met impact in de toekomst de nieuwe norm. Maar hoe doe je dat als duurzaam ondernemen de afgelopen jaren nooit op de agenda van je onderneming heeft gestaan? Of als je simpelweg niet eens weet waar de verborgen (negatieve) impact die je maakt te vinden is?

Verborgen impact

Babette Porcelijn (auteur ‘De verborgen impact’) stipte deze verborgen impact aan in haar quiz, om ons hiermee duidelijk te maken dat negatieve impact soms zit in diensten en producten waarvan je het niet wist. Zo is het produceren van een laptop vele malen schadelijker dan het voor lange tijd opladen van die laptop. Porcelijn stelt dat wij ons met z’n allen altijd maar focussen op de zichtbare impact, want die is concreet en behapbaar, terwijl maar liefst 80% van de impact  verborgen is. Als we zo doorgaan hebben we in 2050 maar liefst vier ‘aardes’ nodig om onszelf te redden. En nee, die zijn er niet. Dus time to make a change! Hoe? Door het meten van de daadwerkelijk impact (verborgen en niet-verborgen), waarna je je core business kunt aanpassen naar een eco-positieve onderneming. Dit betekent dat je met jouw onderneming geen schade aan de aarde maakt (eco-negatief), of deze compenseert (eco-neutraal) maar onze planeet met jouw onderneming juist beter maakt. Dit onderwerp stond bij veel van de sprekers centraal en werd door Jaap Korteweg van de Vegetarische Slager vanuit de praktijk toegelicht.

Het kantelpunt voorbij

De Vegetarische Slager heeft als missie; ‘de grootste vegetarische slager worden van de wereld’ om zo de vleesconsumptie te verkleinen. Ze zijn recentelijk overgenomen door Unilever, bij wie deze missie geen core business is, maar hun in 2010 gelanceerde Unilever Sustainable Living Plan (USLP) is een gedurfde ambitie om voor verandering te zorgen binnen hun bedrijf. Hoe kijken we daartegenaan? Enkelen vinden de overname van de Vegetarische Slager aan Unilever een gevalletje ‘je ziel verkopen aan de duivel’. Jaap Korteweg, CEO van de Vegetarische Slager denkt daar anders over: “Mijn missie is vanaf het begin af aan heel duidelijk geweest, zo snel mogelijk zo groot mogelijk worden. De middelen die Unilever mij daarin kan bieden zijn de handvaten om zo snel mogelijk mijn doel te bereiken. De vleesindustrie is nou eenmaal één van de grootste vervuilers van het moment. Door alternatieven aan te bieden die evengoed, of zelfs lekkerder smaken, wil ik ervoor zorgen dat vlees in de winkels niet langer de boventoon voert, maar wordt vervangen door een eco-vriendelijk product.” En het gaat Jaap voor de wind. De Vegetarische Slager is mateloos populair en groeit snel. Dit is volgens Kees Klomp (onderzoeker bij het Thrive Institute) het bewijs dat er een verschuiving in de ethiek gaande is. Bedrijven zoals de Vegetarische Slager en Tony’s Chocolonely worden niet zomaar groot, ze schoppen tegen de gevestigde orde aan en bieden een duurzaam alternatief. Bedrijven zoals Shell, Volkswagen en Monsanto verschijnen nog steeds in de krant met verschillende schandalen waar ze aan worden gelinkt en verandering in hun beleidsvoering is nog niet altijd zichtbaar, maar gelukkig veranderen wij; de consument. We pikken ondernemingen die schadelijke zijn niet meer en zijn zodoende volgens Kees: ‘het kantelpunt al voorbij.’ Een welkome visie in de soms negatieve en beladen benadering omtrent dit onderwerp.

Wat hebben we meegenomen?

Het is belangrijk om te beseffen dat bewustwording alleen niet genoeg is, zoals spreker Kilian Wawoe stelde: “Het is als plassen in een zwarte broek; het geeft even een warm gevoel maar je ziet er niks van.” Dat is hetzelfde als het vervangen van de plastic bekertjes in de kantine, maar ondertussen extern nog de verkeerde zaken aanpakken. Nee, de core business van bedrijven moet anders. We moeten maatschappelijke waarde meten als succes van een bedrijf en losraken van financiële waarde gebruiken als meetlat. Eco-positief ondernemen, sociaal ondernemen, of hoe je het ook wil noemen: het gaat erom dat je met je bedrijf niet op zoek moet gaan naar duurzame oplossingen voor de zelfgemaakte schade, of sustainabilty op de agenda moet zetten omdat het nou eenmaal een hot topic is. Je moet er alles aan doen om je goede intentie om te zetten naar positieve impact. Edith Kroese, één van de sprekers, verwoordde deze gedachten op een hele eenvoudige en mooie manier: van ‘dingen doen’ naar dingen ‘goed’ doen om te eindigen bij de optimale vorm: ‘de goede dingen doen’. Wij zijn klaar voor de opmars van de betekeniseconomie en wij zijn daar als Blyde maar wat graag onderdeel van, want wij voelen de verantwoordelijkheid om een financieel gezond bedrijf te runnen, maar prioriteit te geven aan het dagelijks positief bijdragen aan de wereld om ons heen en dus de goede dingen te doen.

Bibi Timmerman, pr-adviseur Blyde Benelux
Lees ook: Blyde krijgt als eerste Benelux pr-bureau een B Corp certificering
Meer zien van Blyde? Volg ons op Instagram, Facebook en LinkedIn!